Investeren in groen is slim

Ben Möhlmann - Commercial Manager

CWL L25 Electric 2 agri 08 1

Met het klimaatakkoord van Parijs zijn er afspraken gemaakt om de opwarming van de aarde af te remmen. Dat het noodzakelijk is, hebben we afgelopen zomer wel gezien. Enerzijds extreme hitte met vele bosbranden en anderzijds flink veel waterlast, ook in eigen land. Het geeft aan dat er wat aan de hand is. Aan het woord is Ben Möhlmann, Commercieel Manager bij SMT. “Sinds 2019 hebben we er in Nederland nog een veel urgenter probleem bij gekregen: stikstof. De noodzaak om te evolueren naar emissieloze bouwmachines is groot. Dat ziet gelukkig ook de overheid in.”

Nog altijd levert stikstof vele problemen op voor het verkrijgen van vergunningen, zowel in de woningbouw als infrastructuur. “We lezen iedere dag wat er speelt en het heeft geresulteerd in een overheid die heel proactief inzet op emissieloze of arme aanbestedingen,” vervolgt Ben. “De noodzaak om te komen tot emissieloze oplossingen is groot, de route ernaartoe is emissiearm met minimaal een Stage Vmotor of een hybrideaandrijflijn in combinatie met machinecontrolesystemen, zoals DigAssist van Volvo CE. Dankzij de vooraf gedefinieerde parameters kan een machinist, gebruikmakend van DigAssist, een project in minder bewegingen uitvoeren. Dat betekent een lager brandstofverbruik en een lagere uitstoot van schadelijke stoffen zoals CO2 en stikstof. Het zijn kleine hulpmiddelen op weg naar een emissieloos tijdperk.”

SUBSIDIES

De overheid onderkent de problematiek en stelt allerlei middelen ter beschikking voor bedrijven om de investering in ‘groene’ bouwmachines interessanter te maken. “Met name voor de transitieperiode van diesel naar emissieloos, zoals MIA en VAMIL,” legt Ben uit. “Waarbij de overheid vanzelfsprekend de normering ieder jaar aanscherpt. Daarnaast is er nog een subsidieregeling in het leven geroepen, de SEB, voor Schoon en Emissieloos Bouwen, om de transitie naar milieuvriendelijke, elektrische bouwmachines en werktuigen een extra impuls te geven. En als we kijken naar de formatieplannen die er liggen, zouden er nog eens enkele miljarden vrij worden gemaakt om de uitstoot van schadelijke stoffen tegen te gaan. Allemaal met als doel om de klimaatverandering voor de komende generaties zoveel mogelijk zien te beperken. Nederland loopt daarmee vooruit op andere landen. Niet heel vreemd, want we verkeren in een bijzondere situatie. We zijn een dichtbevolkt land met zware industrieen, een dicht verkeersnet, een grote lucht en zeehaven én ook nog eens een intensieve veeteelt. Het draagt allemaal bij aan de stikstofproblematiek.”

LOKALE INITIATIEVEN

Behalve vanuit overheidswege worden er ook lokale initiatieven ontplooid om de transitieperiode te versnellen. Een van die initiatieven is ENI, het Emissieloos Netwerk Infra. Het netwerk bestaat uit partijen die de ambitie hebben om koploper te zijn bij het emissieloos realiseren van infrawerken. “We streven binnen ENI naar een emissieloze bouwplaats in 2026,” zegt Ben. “Ook SMT heeft zich aangesloten bij ENI. Sterker nog, we bekleden een bestuurszetel omdat wij het belangrijk vinden dat we als marktleider onze verantwoordelijkheid nemen om versneld van emissiearm naar emissieloos te evolueren. We willen onze voorbeeldrol als innovatief bedrijf daarmee graag onderstrepen. Ook Volvo en Sennebogen zetten vol in op de ontwikkeling van emissieloze machines, alleen hanteren zij de deadlines zoals gesteld in het klimaatakkoord van Parijs. Die liggen een stukje verder weg. In Nederland hebben we een urgenter probleem.”

VOLVO

Tijdens de laatste BAUMA in 2019 lanceerde Volvo de eerste twee elektrische machines in de compacte klasse. Machines die eind 2020 zijn gecommercialiseerd en in het standaard assortiment van SMT zijn opgenomen. “Volgend jaar komt er weer een uitbreiding op dit leveringsprogramma,” weet Ben. Dat is mooi, maar de markt vraagt volgens Ben juist om emissieloze machines in de zware 20 tot 30 tonscategorie of zelfs meer. De klasse L90 tot L120 en de 40tons rupskranen. “Daar heeft noch Volvo noch een andere OEM al een pasklaar antwoord op, hoewel Volvo CE heeft aangekondigd in 2022 in Noorwegen met een pilot te starten met een volledig elektrische kraan. Dat traject zullen wij zeer intensief volgen.” Om klanten toch een alternatief te kunnen bieden, studeert SMT op het mogelijk maken van een elektrische oplossing in de markt voor de L90 klasse.

SENNEBOGEN

Sennebogen levert al jaren elektrische varianten. Ben: “Eén op de vier machines die we verkopen, is volledig elektrisch aangedreven. Dat zijn dan vooral de machines die een vaste plek hebben op bijvoorbeeld een kade en gebruikt worden voor materiaaloverslag. Neemt niet weg dat Sennebogen ook druk bezig is met de ontwikkeling van mobiele, accuaangedreven versies. Zodra die beschikbaar zijn, zullen we er direct een aantal bestellen voor de Nederlandse markt. De vraag is groot.”  Tot slot, hoe ziet de wereld van SMT er over tien tot twintig jaar uit? “Dat is lastig te voorspellen, maar het zal voor het grootste deel emissieloos zijn,” verwacht Ben. “Nogmaals, de route ernaartoe gaat vaak via tijdelijke oplossingen, zoals biobrandstoffen, HVO, accu en zelfs waterstof. Veel ontwikkelingen komen en zullen ook weer verdwijnen. Aan sommige oplossingen kleven ook ethische en morele bezwaren. Graan omzetten in brandstof, terwijl men op andere plekken in de wereld kampt met hongersnood is uiterst dubieus.” Daarnaast verwacht Ben dat de inzet van machines gaat veranderen. “We zien dat bedrijven steeds vaker machines huren in plaats van kopen. Ze hebben een beperkt machinepark voor hun core business en gaan vervolgens machines projectmatig inhuren. Dat heeft onder meer te maken met de verschillende mogelijkheden die gaan komen en natuurlijk met de hogere investering die gepaard gaat met ‘groen’ materieel.”

Gert Koets en Ben Möhlmann
Gert Koets en Ben Möhlmann